dinsdag 27 mei 2014

Hoorcollege 3: Psychologie en diversiteit 1

Naar aanleiding van hoorcollege 5 hebben wij hier twee modellen toegepast op één persoon uit onze doelgroep ouderen. Dit om te laten zien van hoeveel verschillende kanten naar een persoon gekeken kan worden. Ook hebben we de modellen toegepast op onszelf, maar we hebben ervoor gekozen om deze (wegens privacyredenen) niet hieronder neer te zetten, maar alleen de modellen van de doelgroep. Onze tutor kan de persoonlijke modellen vinden op dropbox.




BPS-model gericht op één persoon uit de doelgroep ouderen

Ring 1: Sociaal-maatschappelijk
- Religie: De persoon heeft een katholieke geloofsovertuiging. Echter is zij niet streng gelovig, aangezien zij nauwelijks tot niet naar de kerk gaat. - Sociale klasse: Ze leeft in de middenklasse. - Etniciteit: Zij heeft de Nederlandse nationaliteit. - Cultuur: Op dit moment is zij meer van de ik-cultuur. Vroeger stelde zij het wij-gevoel voorop. - Life-event: problemen op werk? Zij heeft nooit problemen gehad met haar werk. - Life-event: problemen met schulden: Zij heeft het niet echt ruim qua financiën. Echter heeft zij nooit schulden opgebouwd. - Buurtomstandigheden: Zij heeft nooit last gehad van negatieve buurtomstandigheden. Zij heeft veel “buiten de deur” gedaan.
Ring 2: Systemen
- Systemen: gezinssysteem, ouderlijk subsysteem, sportclub, bridgeclub, de Zonnebloem, vriendinnenclub. - Deze systemen vragen geen conflicterende kwaliteiten van desbetreffende persoon. - Communicatie: vroeger was de communicatie altijd naar behoren. Tegenwoordig is zij gescheiden. - Life-event: toenemende conflicten met partner: deze heeft zij regelmatig gehad. - Life-event: relatiebreuk: Zij is gescheiden van haar partner. - Life-event: conflicten met kinderen: deze heeft zij niet gehad. - Hoe belangrijk is familie?: Sinds zij kleinkinderen heeft vindt zij familie heel erg belangrijk.
Ring 3: Kennis en vaardigheden
- Professionele socialisatie: Zij heeft heel lang gewerkt. Op haar zestigste heeft zij Duits en Nederlands gestudeerd. - Kwaliteiten: liefdevol naar kleinkinderen, recht voor haar raap, positieve kijk op het leven, ondernemend. - Valkuilen: zij toont weinig emoties, eigenwijs, egocentrisch - Intelligent: zij is erg intelligent en zij weet ook veel. - Geheugen: het geheugen werkt over het algemeen nog goed. Af en toe vergeet zij wel iets, maar zij heeft daarvoor een agenda aangeschaft. - Sociale vaardigheden: voldoende.
Ring 4: Ontwikkelingstaken persoonlijkheid
- Ontwikkelingstaken: deze zijn goed doorlopen, geen trauma’s. - Huidige ontwikkelingstaak: late-volwassenheid. - Superego: zij hecht veel waarde aan haar eigen normen, waarde en idealen. - Realiteitszin: zij heeft wel weet van de huidige realiteit. - Id: Verbaal kan zij agressief uit de hoek komen, als zij haar gelijk niet krijgt.
Ring 5: Beïnvloeding lichamelijke gezondheid door leefstijl
- Alcohol: in de avond lust zij wel een drankje. - Drugs: Zij neemt veel afstand van drugs. Zij heeft dit dan ook nog nooit gedaan. - Medicijnen: zij slikt wel medicijnen. - Eetpatroon: zij eet niet altijd even goed. Soms eet zij alleen soep, dan eet zij weer een goede maaltijd. Verder snoept zij veel en als zij op bezoek gaat eet zij altijd haar bord leeg. - Lichaamsbeweging: zij neemt deel aan een sport- en spelgroep. - Slaap: zij heeft voldoende rust en slaap.
Ring 6: erfelijke en rijpingsfactoren
- Sekse: zij heeft het vrouwelijke geslacht. - Zij is heteroseksueel. - Leeftijd: zij is 74. - Erfelijke ziekten/afwijkingen: zij heeft altijd al last van haar knieën gehad, verder heeft zij geen mankementen. - Temperament: zij is heel erg temperamentvol
 


Balansmodel gericht op één persoon uit de doelgroep ouderen


Draaglast

Draagkracht
Risicofactoren
Micro systeem
Beschermende factoren
Longemfyseem, chronische bronchitis, bloedverdunners, beginnende dementie.
1. Kindfactoren
Intelligent, doorzetter, ondernemend en zorgzaam.
Psoriasis, been geamputeerd
2. Ouderfactoren
Geen verslavingen en stabiele persoonlijkheden
-
3. Gezinsfactoren
Gelukkig gezin

Meso systeem

Af en toe conflicten met gezinsleden.
4. Sociale (gezins) factoren
Goede contacten met familie en gezin. Sociale steun vanuit familie.
Volgens oozo zijn er veel koopwoningen in de wijk.
5. Sociale (buurt) factoren
Voorzieningen in en om verzorgingstehuis. Aandacht voor zorg.

Macro systeem

Laag inkomen
6. Sociaal-economische gezinsfactoren
Voor pensioen à altijd gewerkt.
Veel verschillende culturen in de buurt.
7. Culturele factoren
Leren om te gaan met andere culturen.
Korten op subsidies
8. Maatschappelijke factoren
AOW


Uit de bovenstaande opdrachten kunnen we een conclusie trekken. 


- Door de verschillende modellen uit te werken, kijken we op een andere  manier naar de doelgroep en krijgen we heel veel verschillende informatie, waar je normaal niet achter zou komen. Dit helpt ons om op een bredere manier naar de doelgroep te kijken. Voor de manifestatie is het belangrijk om na te kunnen denken over de verscheidenheid onder de doelgroep ouderen. De verschillende modellen kunnen ons hierbij helpen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten